Productnaam | GS-441524 |
Vervaldatum | 1 jaar vanaf de datum van vervaardiging |
Bewaaromstandigheden | Kamertemperatuur |
CAS | 1191237-69-0 |
Functie | Behandeling van FIP bij katten |
Doseringsvorm | Injectie |
Vervaardigingsland | China |
Verpakking | 6 ml/flacon, 8 ml/flacon, 10 ml/flacon |
Sterkte | 20 mg en 30 mg |
GS-441524 Injectie is een zeer effectieve antivirale oplossing die speciaal is ontwikkeld om Feline Infectious Peritonitis (FIP) bij katten te bestrijden.elke dosis is nauwkeurig vervaardigd om de consistentie te waarborgenDe injecteerbare vorm is subcutaan toepasbaar, waardoor de FIPV snel wordt opgenomen en doelgericht werkt tegen de replicatie bij geïnfecteerde katten.GS-441524 heeft opmerkelijke werkzaamheid aangetoond bij de behandeling van zowel natte als droge vormen van FIPDit product is veilig verpakt en beschikbaar voor veilige wereldwijde levering.met inbegrip van de VS, het Verenigd Koninkrijk, Europa en Maleisië.
"FIP" verwijst naar Feline Infectious Peritonitis (FIP), een virale ziekte die wordt veroorzaakt door bepaalde stammen van feline coronavirus (FCoV).
Oorzaak: FIP wordt veroorzaakt door een mutatie van het kattencoronavirus (FCoV). De meeste katten met FCoV ontwikkelen geen FIP, maar in sommige gevallen verandert het virus in een vorm die FIP veroorzaakt.
Overdracht: FCoV wordt meestal verspreid via ontlasting en oraal-fecale overdracht, vaak in omgevingen met meerdere katten, zoals schuilplaatsen of kattenhuizen.Het kan leiden tot een lichte, zelfbeperkende vorm van de ziekte of progressie naar FIP.
FIP komt voor in twee hoofdvormen: effusief (nat) en niet-effusief (droog).Niet-effusieve FIP wordt gekenmerkt door granulomaatose laesies in verschillende organen.
Symptomen: De symptomen van FIP kunnen sterk variëren en kunnen onder meer koorts, gewichtsverlies, lethargie, geelzucht, ademhalingsproblemen en vochtophoping in de buik of de borst omvatten.In sommige gevallen kunnen ook neurologische symptomen optreden..
Diagnose: FIP kan moeilijk definitief te diagnosticeren zijn, aangezien klinische symptomen en laboratoriumtests vaak niet-specifiek zijn.laboratoriumonderzoeken (zoals bloedonderzoek), beeldvorming en vloeistofanalyse), en soms histopathologie.
Preventie: de preventie van FIP richt zich op het verminderen van de blootstelling aan FCoV. Dit omvat het minimaliseren van stress, het handhaven van goede hygiëne en sanitaire praktijken,en het verminderen van overbevolking in omgevingen met veel kattenEr zijn vaccins tegen FIP beschikbaar, maar de werkzaamheid ervan blijft controversieel.